Bouwbesluit 2012: Train de trainer?

De beste manier om te weten te komen wat er veranderd in het Bouwbesluit 2012 is “train de trainer”. En daarmee bedoel ik “ga cursus geven bij de mensen uit de praktijk en leer hoe het werkt”. Enkele voorbeelden, met dank aan enkele tientallen architecten en adviseurs en medewerkers van de gemeenten Zwijndrecht, Ablasserdam, Hendrik-ido-ambacht, Zaanstad, Hoorn, Medemblik, Stedebroeck, Wassenaar, Opmeer en een grote hoeveelheid ‘losse’ gemeentelijke plantoetsers.

Details of grote lijnen?

Opvallend is het verschil van benadering tussen adviseurs en gemeenten als het gaat om het Bouwbesluit. Daar waar adviseurs en architecten de details willen weten gaat het de gemeenten om de hoofdlijn. Doorvragen leert dat het dus niet gaat om de maat van natte ruimten met of zonder tegels, maar om de aanwezigheid van die ruimten. Het gaat dus niet 54,9% of 55,1% verblijfsgebied maar om een beetje bruikbare woning. Gemeenten lijken meer het gezonde verstand te prediken dan de letter van het Bouwbesluit. Klinkt goed, hopen dat het ook altijd zo uitpakt: adviseurs lijken nu net die ene ambtenaar te kennen die ze wel op dit soort details afrekent.

Voorschriften met betrekking tot bruikbaarheid zijn verschrikkelijk verouderd

Nu we het toch over die 55% hebben, die is inmiddels wel wat achterhaald. Het idee is natuurlijk goed: je woning moet voor minimaal 55% zo zijn ontworpen dat het daar geschikt is om te wonen. Met andere woorden, voldoende ventilatie, daglicht, etc. Nadeel van deze eis is dat natte ruimten en verkeersruimten niet meetellen. Een woning met een mooie grote hal, een badkamer van 20 m2, dat kan dus niet want dan haal je je 55% niet meer. En zelfs in Almere moet de particuliere opdrachtgever hier nog grotendeels aan voldoen! Gemiste kans? Zeker!

Omgaan met normen blijft moeilijk?

Niet veranderd in het Bouwbesluit 2012, maar toch velen niet duidelijk: welke norm moet ik nu toepassen? Als ik een betonfuncering maak dan moet die toch voldoen aan NEN 6722 zeker (of inmiddels NEN-EN 13670)? Nou nee… Voor alle duidelijkheid: je hoeft alleen te ‘voldoen’ aan normen die in het Bouwbesluit worden genoemd. Maar let op: voldoen aan is hier bezien vanuit het publiekrecht. Wat je met je opdrachtgever afspreekt moet je zelf weten. Dus pak de Regeling Bouwbesluit 2012 er bij en kijk of die norm genoemd wordt!

En als je die Regeling dan toch open hebt kijk dan meteen welk jaartaal je naar moet kijken als je een norm gata gebruiken. En of de hele norm wel gebruikt mag worden. Neem NEN 1010 als voorbeeld. Als eerste blijkt dat ik moet uitgaan van de norm gedateerd 2007 met aanvullingsblad 2008. Vervolgens leest u in artikel 5.1 van de regeling dat er ca. een A4-tje aan verwijzingen is van onderdelen van die norm die niet van toepassing zijn!

De trainingen gaan nog even door, het leren voor mij dus ook 🙂 En voor meer kennis en informatie: kom op 25 april 2012 naar het congres Bouwbesluit 2012

De sloopvergunning is verdwenen!

Met de inwerkingtreding van het Bouwbesluit 2012 per 1 april 2012 is de omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk verdwenen: de sloopvergunning op grond van de bouwverordening is vervangen door een melding op grond van het Bouwbesluit 2012. Enkele wetenswaardigheden:

Niet allen soorten sloopvergunning zijn vervallen
Voor (veilig) slopen en asbest verwijderen kan vanaf 1 april 2012 worden volstaan met een melding. De vergunning als bedoeld in artikel 2.1, tweede lid, onder a, komt daarmee te vervallen. Wordt gesloopt in een beschermd stads- of dorpsgezicht, in een gebied waar op grond van het bestemmingsplan een sloopvergunning nodig is of betreft het een monument dan is ook na 1 april nog een vergunning nodig. We houden dus nog genoeg sloopvergunningen over, maar de meest voorkomende vervalt: de sloopvergunning op grond van de bouwverordening.

Procedure sloopmelding
Artikel 1.26 van het Bouwbesluit 2012 beschrijft de eisen waaraan een sloopmelding moet voldoen en wanneer een sloopmelding nodig is. Ten opzicht van de oude situatie veranderd er eigenlijk weinig. De sloopmelding is verplicht om dezelfde reden waarom eerder een vergunning nodig was (10 kuub afval of asbest) en je moet bij een melding dezelfde informatie aanleveren als tot 1 april 2012 moe(s)t voor de sloopvergunning. Het grote verschil (en de winst voor burgers en bedrijfsleven) zit ‘m in de procedure:
– sloopvergunning: 8 weken procedure, start sloop 6 weken na verkrijgen vergunning
– sloopmelding: 4 weken voor start sloop (of indien dit leidt tot leegstand van een woning: 5 werkdagen) een volledige melding doen
In het uiterste geval gaan we bij een spreekwoordelijk plaatje asbest onder een oude CV ketel in een huurwoning terug van een kwartaal leegstand tot een weekje wachten!

Wat is een melding?
Duidelijk is in ieder geval dat een onjuiste of onvolledige melding GEEN melding is. De termijn van 4 weken (of 5 werkdagen) start dus nadat een volledige melding is gedaan. Het is dan ook aan te bevelen dat gemeenten hier snel en helder over communiceren en aangeven wanneer een melding volledig is. Wordt niets vernomen van de gemeente dan zou een burger of ondernemer er van uit kunnen gaan dat alle in orde is en na 4 weken starten met de sloop.

Aanvullende voorschriften
Aan een melding kunnen – net als aan een melding brandveilig gebruik – voorschriften worden gekoppeld. De melder moet zich vervolgens houden aan zowel de algemene voorschriften op grond van het Bouwbesluit 2012 en het Asbestverwijderingsbesluit en aan de aanvullende voorschriften. De voorschriften moeten dienen ter bescherming van de belangen die met die sloopvergunning gediend zijn. Dit kan ruim worden geïnterpreteerd: denk ook aan eisen aan opslag, afvoerroutes, geluid, trilling, stof, etc. Let wel dat hoofdstuk 8 van het Bouwbesluit 2012 al een behoorlijke hoeveelheid van dit soort eisen stelt. In veel gevallen zullen aanvullingen dan ook achterwege kunnen blijven.

Meer info? Mail naar Geregeld.