Scootmobiels in vluchtwegen: levensgevaarlijk!

Rookontwikkeling door een brandend scootmobiel (foto: @ommoord_info)Een steeds groter deel van de ouderen maakt gebruik van een scootmobiel. Dat levert in woongebouwen steeds vaker een probleem op en leidt niet alleen tot burenruzies maar ook tot een zorg bij de brandweer als het gaat om de veiligheid in geval van brand. En terecht, blijkt uit een aantal branden de afgelopen jaren, met name door de rookontwikkeling (zie foto, bron: @ommoord_info).

In een artikel in Bouwkwaliteit in de Praktijk nr. 3-2018 worden de risico’s en regels bij het plaatsen van scootmobiels in gebouwen beschreven. Conclusie is eenvoudig: scootmobiels in vluchtwegen zijn een onaanvaardbaar risico in geval van brand. De oplossing is de scootmobiels plaatsen in de woningen of in een aparte stalling.

Het gehele artikel is via deze link te lezen.

Brandveiligheid in de zorg

Seminar Inspecties Brandveilige Zorginstellingen op basis van het Bouwbesluit 2012 – 23 april 2012

De alarmbellen die melding maakten van brandgevaarlijke situaties in zorginstellingen hebben gewerkt. We weten nu dat zorginstellingen qua brandveiligheid een zorgenkind vormen. Maar de vraag is nog steeds welke risico’s de instellingen lopen en hoe we tot een alomvattend plan komen om de risico’s te elimineren.  Daarnaast is er ook nog het nieuwe Bouwbesluit. Zijn de eisen aan de brandscheidingen, aan het vluchten, en aan de brandveiligheid-installaties anders komen te liggen met het nieuwe Bouwbesluit?

Specifiek voor de technisch beheerders en gebouwmanagers van zorginstellingen organiseren Sdu-uitgevers en Bouwforum een seminar over het vaststellen van de technische brandveiligheidskwaliteit van zorginstellingen, de voorschriften van het Bouwbesluit en het ontwikkelen van een brandveiligheidsbeleid.

Wilt u meer weten? Kijk op de website van Bouwforum en kom naar het seminar op 23 april 2012 (13.30-16.15 Baarn)

Adviescommissie Praktijktoepassing brandveiligheidsvoorschriften bestaat 2 jaar

Op 1 mei 2009 werd de Adviescommissie praktijktoepassing brandveiligheidsvoorschriften ingesteld door de toenmalige Minister voor WWI. Geregeld voert vanaf het begin het secretariaat van de Adviescommissie. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft het voornemen uitgesproken om het werkveld van de Adviescommissie met de komt van het Bouwbesluit 2012 uit te breiden naar het gehele Bouwbesluit.

Twee jaar later en zo’n 30 adviezen verder blijkt de noodzaak van een dergelijke commissie groot. Er is nog veel discussie in brandveiligheidsland over de uitleg van de regels. Een kleine greep uit de adviezen van de commissie:

1. Met stip op nummer 1 de vragen over brandmeldinstallaties. In veel gevallen ging het om de vraag om een brandmeldinstallatie nu echt noodzakelijk is of met beperktere maatregelen kan worden volstaan. In de meeste gevallen oordeelde de commissie dat dat inderdaad het geval is

2. Vragen over de gebruiksfunctie. Het uitgangspunt ‘de aanvrager bepaald’ leidt tot veel discussie. Met name bij wonen en zorg en bij kamergewijze verhuur zijn bevoegd gezag en aanvrager het nogal eens niet met elkaar eens.

3. Gelijkwaardige oplossingen. Opvallend is dat veel aanvragers onvoldoende onderbouwen waarom een bepaalde oplossing gelijkwaardig is. Aan de andere kant is het bevoegde gezag soms huiverig om een gelijkwaardige oplossing te accepteren. In veel cases die aan de Adviescommissie worden voorgelegd blijkt sprake van ‘haken in het zand’ en ‘verstoppen achter de regels’

Meer adviezen zijn te lezen op de website ‘veelgestelde vragen‘ van de Helpdesk bouwregelgeving en brandveilig gebruik. Wilt u een adviesvraag aan de Adviescommissie voorleggen? Vul dan het aanvraagformulier in.

Rookmelders redden levens

Het ministerie van VROM werkt met BZK, de brandwondenstichting en de NVBR aan ‘100% rookmelders’. Doel is om uiteindelijk in alle woningen in Nederland goede en werkende rookmelders te hebben. De komende periode, in aanloop op de Nationale rookmelderdag op 30 oktober, worden hiertoe verschillende acties gehouden. De doelgroep daarbij zijn studenten: net op kamers, check of je kamer wel brandveilig is!

Meer informatie:

Geregeld ondersteund het Ministerie van VROM bij de totstandkoming van dit project

Nationaal Brandveiligheidscongres

Op donderdag 22 april 2010 organiseerde SBR voor de 4e keer het Nationaal Brandveiligheidscongres, dit jaar met het thema “Bewust omgaan met risico’s”. Diverse sprekers gingen in op verschillende vragen die er leven over de risicobenadering, FSE, brandstatistieken, etc.

Het ochtendprogramma werd gevuld door spreker die ingingen op de volgende stellingen:

1. De wet en regelgeving biedt voldoende handvatten om een risicobenadering voor brandveiligheid in Nederland toe te passen (prof. dr. Ben Ale, hoogleraar Veiligheid en Rampenbestrijding TU Delft)

2. Er zijn voldoende cijfers over brandveiligheid beschikbaar om doelen te kwantificeren (dr. ir. Jos Post, manager onderzoek NIFV)

3. De Eurocodes voor constructies vormen een goed startpunt voor toepassing van een risicobenadering bij brandveiligheid (dr. ir. Ralph Hamerlinck, senior adviseur Bouwen met Staal en voorzitter van de NEN-Werkgroep Fire Safety Engineering)

4. De brandweer moet zich vooral richten op het redden van mensen (dr. ir. Ricardo Weewer, lid projectgroep strategievorming brandweer NVBR)

Het middagprogramma bestond uit een twee series van zes workshops over uiteenlopende onderwerpen. Geregeld zal namens het Ministerie van VROM als dagvoorzitter optreden voor één van de workshops, met als onderwerp Risicobenadering in het Bouwbesluit

Volgend jaar weer een nieuw Nationaal Congres Brandveiligheid?

Risicobenadering als basis voor de bouwregelgeving?

In de Visie op brandveiligheid van de rijksoverheid wordt de risicobenadering genoemd als mogelijke basis voor nieuwe regelgeving. Een risicobenadering maakt het mogelijk om veiligheidsmaatregelen aan te sluiten bij het specifieke gebouw en het specifieke gebruik. Een dergelijke aanpak heeft voor en nadelen:
– Snappen we straks allemaal nog wel hoe een gebouw in elkaar zit? Kunnen we de veiligheid van een gebouw nog wel beoordelen?
– Wordt het duurder, goedkoper, veiliger of juist onveiliger?
– Een risicobenadering leidt tot maatregelen die op de echter risico’s gericht zijn. De risico’s op brand worden nu bijvoorbeeld nog niet meegenomen in de voorschriften

Van ‘rule based’ naar ‘risk based’ dus

De komende maanden moet uit onderzoek van VROM en van andere partijen blijken of een risicobenadering leidt tot duidelijke meerwaarde. Een paar uitgangspunten zijn al vastgelegd:

1. Er mag geen sprake zijn van een stapeling van regels. De risicobenadering is dus niet ‘extra’ maar ‘in plaats van’ de huidige regelgeving
2. De rol van gebruikers en bewoners is van groot belang: vluchtgedrag is een essentieel onderdeel
3. Het moet begrijpbaar blijven. Het moet niet zo zijn dat voor ieder gebouw een uitgebreide risicoberekening nodig is. Alleen voor complexe gebouwen (de top van de piramide, zie de afbeelding hieronder) is een risicobenadering ‘standaard’. Voor het gros van de gebouwen moet het zelfs eenvoudiger worden.

Meer over de Visie op brandveiligheid en de risicobenadering is na te lezen in deze presentatie, gegeven door Geregeld op 18 juni 2009 tijdens het seminar “Wegwijzer voor een brandveilig gebouw”.

Visie op brandveiligheid

Op 24 april heeft de regering de eindrapportage van het Actieprogramma Brandveiligheid goedgekeurd. Een belangrijk onderdeel van dat actieprogramma is de Visie op Brandveiligheid. In dit document wordt de richting geschetst waarin het Rijksbeleid en de regelgeving zich de komende jaren zullen ontwikkelen. Kernwoorden zijn eigen verantwoordelijkheid, zorg voor kwetsbare groepen, doekwantificering en een risicobenadering van ontwerp en beheer. Klik op de afbeelding voor het persbericht van het Ministerie van VROM.

Geregeld was de penvoerder bij de totstandkoming van de Visie. De komende tijd zal Hajé van Egmond zich bezig gaan houden met de verdere uitwerking van de risicobenadering voor de bouwregelgeving.

Studentenhuisvesting is niet altijd kamergewijze verhuur!

Niet ieder studentenhuis is LET OP: dit artikel is niet meer actueel en beschrijft de situatie van voor 1 april 2012. Weten hoe het nu zit? Kijk hier: Kamergewijze verhuur opnieuw gedefinieerd in het Bouwbesluit 2012

Het Gebruiksbesluit geeft voorschriften voor de brandveiligheid van kamergewijze verhuur. Recent zijn er van diverse kanten vragen gesteld over de reikwijdte van de definitie van kamergewijze verhuur. Volgens het Gebruiksbesluit gaat het om:

woonfunctie voor kamergewijze verhuur: woonfunctie voor het bedrijfsmatig verschaffen van woonverblijf aan meer dan een huishouden en aan meer dan vier personen.

De toelichting geeft een nadere uitleg van het begrip en stelt daarbij dat kamers bij een hospita, woongroepen en studentenhuizen niet onder ‘kamergewijze verhuur’ vallen. Er is dus pas sprake van kamergewijze verhuur als er geen sprake is van een gezamenlijke huishouding. Studenten die met 8 man in een huis wonen en daar samen koken, eten, een huisrekening hebben, etc. moeten volgens het Gebruiksbesluit gezien worden als een normale woonfunctie! Het is dus niet zo dat, zoals recent in een artikel in Bouwregels in de Praktijk werd vermeld, dat het feit dat er 5 kamers in een woning worden verhuurd automatisch leidt tot de categorisering ‘kamergewijze verhuur’.

Het gaat natuurlijk om de veiligheid en niet om de definitie. Voor studentenhuisvesting is het echter verstandig om eerst te kijken of het wel of niet onder de voorschriften van het Gebruiksbesluit valt alvorens er klakkeloos een brandmeldinstallatie in te bouwen of anderszins aan te passen. Kijk in die gevallen wel wat noodzakelijk is om veilig te kunnen vluchten.

LET OP: per 1 april 2012 geldt het Bouwbesluit 2012. Mede op basis van bovenstaande problemen is de definitie van kamergewijze verhuur aangepast. Meer informatie is hier te vinden.