Nationaal Brandveiligheidscongres

Op donderdag 22 april 2010 organiseerde SBR voor de 4e keer het Nationaal Brandveiligheidscongres, dit jaar met het thema “Bewust omgaan met risico’s”. Diverse sprekers gingen in op verschillende vragen die er leven over de risicobenadering, FSE, brandstatistieken, etc.

Het ochtendprogramma werd gevuld door spreker die ingingen op de volgende stellingen:

1. De wet en regelgeving biedt voldoende handvatten om een risicobenadering voor brandveiligheid in Nederland toe te passen (prof. dr. Ben Ale, hoogleraar Veiligheid en Rampenbestrijding TU Delft)

2. Er zijn voldoende cijfers over brandveiligheid beschikbaar om doelen te kwantificeren (dr. ir. Jos Post, manager onderzoek NIFV)

3. De Eurocodes voor constructies vormen een goed startpunt voor toepassing van een risicobenadering bij brandveiligheid (dr. ir. Ralph Hamerlinck, senior adviseur Bouwen met Staal en voorzitter van de NEN-Werkgroep Fire Safety Engineering)

4. De brandweer moet zich vooral richten op het redden van mensen (dr. ir. Ricardo Weewer, lid projectgroep strategievorming brandweer NVBR)

Het middagprogramma bestond uit een twee series van zes workshops over uiteenlopende onderwerpen. Geregeld zal namens het Ministerie van VROM als dagvoorzitter optreden voor één van de workshops, met als onderwerp Risicobenadering in het Bouwbesluit

Volgend jaar weer een nieuw Nationaal Congres Brandveiligheid?

Visie op brandveiligheid

Op 24 april heeft de regering de eindrapportage van het Actieprogramma Brandveiligheid goedgekeurd. Een belangrijk onderdeel van dat actieprogramma is de Visie op Brandveiligheid. In dit document wordt de richting geschetst waarin het Rijksbeleid en de regelgeving zich de komende jaren zullen ontwikkelen. Kernwoorden zijn eigen verantwoordelijkheid, zorg voor kwetsbare groepen, doekwantificering en een risicobenadering van ontwerp en beheer. Klik op de afbeelding voor het persbericht van het Ministerie van VROM.

Geregeld was de penvoerder bij de totstandkoming van de Visie. De komende tijd zal Hajé van Egmond zich bezig gaan houden met de verdere uitwerking van de risicobenadering voor de bouwregelgeving.

Studentenhuisvesting is niet altijd kamergewijze verhuur!

Niet ieder studentenhuis is LET OP: dit artikel is niet meer actueel en beschrijft de situatie van voor 1 april 2012. Weten hoe het nu zit? Kijk hier: Kamergewijze verhuur opnieuw gedefinieerd in het Bouwbesluit 2012

Het Gebruiksbesluit geeft voorschriften voor de brandveiligheid van kamergewijze verhuur. Recent zijn er van diverse kanten vragen gesteld over de reikwijdte van de definitie van kamergewijze verhuur. Volgens het Gebruiksbesluit gaat het om:

woonfunctie voor kamergewijze verhuur: woonfunctie voor het bedrijfsmatig verschaffen van woonverblijf aan meer dan een huishouden en aan meer dan vier personen.

De toelichting geeft een nadere uitleg van het begrip en stelt daarbij dat kamers bij een hospita, woongroepen en studentenhuizen niet onder ‘kamergewijze verhuur’ vallen. Er is dus pas sprake van kamergewijze verhuur als er geen sprake is van een gezamenlijke huishouding. Studenten die met 8 man in een huis wonen en daar samen koken, eten, een huisrekening hebben, etc. moeten volgens het Gebruiksbesluit gezien worden als een normale woonfunctie! Het is dus niet zo dat, zoals recent in een artikel in Bouwregels in de Praktijk werd vermeld, dat het feit dat er 5 kamers in een woning worden verhuurd automatisch leidt tot de categorisering ‘kamergewijze verhuur’.

Het gaat natuurlijk om de veiligheid en niet om de definitie. Voor studentenhuisvesting is het echter verstandig om eerst te kijken of het wel of niet onder de voorschriften van het Gebruiksbesluit valt alvorens er klakkeloos een brandmeldinstallatie in te bouwen of anderszins aan te passen. Kijk in die gevallen wel wat noodzakelijk is om veilig te kunnen vluchten.

LET OP: per 1 april 2012 geldt het Bouwbesluit 2012. Mede op basis van bovenstaande problemen is de definitie van kamergewijze verhuur aangepast. Meer informatie is hier te vinden.

Het Gebruiksbesluit treedt vandaag in werking

Per 1 november 2008 treedt het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken (Gebruiksbesluit) in werking. Vanaf dat moment vervallen de voorschriften uit de bouwverordening en gelden voor brandveilig gebruik landelijk uniforme eisen. Met het Gebruiksbesluit vervalt voor ca. 80% van het gebouwen de verplichting een gebruiksvergunning aan te vragen. Het grootste deel van de gebouwen kan volstaan met een gebruiksmelding. Alle gebouwen in Nederland moeten voldoen aan de algemene gebruikseisen die in het Gebruiksbesluit worden gegeven.

Wanneer melden of een vergunning aanvragen?

Alleen het meest risicovolle gebruik is nog gekoppeld aan een gebruiksvergunning. Het gaat daarbij om minder zelfredzame personen, zoals gehandicapten en kinderen, en om hotels en dergelijke:

  • Bedrijfsmatig nachtverblijf (Hotels, motels, etc)
  • Zorginstellingen, ziekenhuizen
  • Dagverblijf kinderen > 12 jaar (basisscholen, kinderopvang)
  • Dagverblijf gehandicapten

De meldingplicht is van toepassing op het volgende gebruik:

  • Gebruik van het gebouw door meer dan 50 personen
  • Kamergewijze verhuur
  • Gelijkwaardige oplossing (eis Gebruiksbesluit op andere wijze ingevuld)

Overgangsrecht

Heeft u al een gebruiksvergunning? Dan kunt u deze gewoon houden en hoeft u geen nieuwe vergunning aan te vragen. Indien u na 1 november 2008 meldingplichtig bent dan geldt de gebruiksvergunning als een melding. U hoeft dus ook niet opnieuw te melden. Pas als het gebruik veranderd (bijvoorbeeld door een uitbreiding van het gebruik of een verbouwing) dan moet u opnieuw melden of een vergunning aanvragen.

Meer informatie over het Gebruiksbesluit kunt u vinden via www.vrom.nl/gebruiksbesluit

Omgevingsdiensten: nuttig of noodzakelijk?

UPDATE: Op 4 november is de Wabo met bijna algemene stemmen aangenomen. De motie tegen het dwingend opleggen van Omgevingdiensten kreeg de steun van alle partijen in de Eerste Kamer….

————————–

De Commissie Mans heeft in haar advies voorgesteld om alle vergunningverlening en toezicht te concentreren in regionale diensten. Het kabinet lijkt wel wat te voelen voor een scenario waarin de taken van gemeenten en provincies worden overgenomen door 25 Omgevingsdiensten.

Inmiddels is ook de politiek het thema op het spoor: nadat tijdens het AO inzake de Commissie Dekker al negatieve geluiden uit de Tweede Kamer te horen waren heeft de Eerste kamer een motie ingediend tegen de vorming van Omgevingsdiensten. De motie wordt gedragen door een meerderheid in de Eerste Kamer. Klik hier om de motie te openen.

Wat is Geregeld nu eigenlijk?

Geregeld adviseert overheden en vastgoedeigenaren op het gebied van de bouwregelgeving en de kwaliteit van de bestaande bouw in de volle breedte. Geregeld streeft er naar om samen met de opdrachtgever te komen tot goede en veilige gebouwen en de gebouwde omgeving. De werkzaamheden varieren van het opstellen van wet- en regelgeving tot het geven van trainingen over toepassing van regels tot het onderzoeken van gebouwen op veiligheid. Uitgangspunt bij al deze werkzaamheden is kwaliteit en samenwerking.

Geregeld is het adviesbureau van Hajé van Egmond. Na 14 werkzaam te zijn geweest bij Damen Consultants, KPMG en PRC Bouwcentrum heeft Hajé in 2007 besloten om te starten als zelfstandig ondernemer.